De Geschiedenis van de Computer

Mechanische computers

De geschiedenis van de computer begint met de geschiedenis van het rekenen. Vanouds hebben mensen hulpmiddelen ontwikkeld voor berekeningen die niet gemakkelijk uit het hoofd gemaakt konden worden. Daarna werd het telraam (abacus) uitgevonden. Toen de behoefte aan bmechanischecomputer2erekeningen steeds complexer werd, ontwikkelde men tabellen met

Charles Babbage, kwam in 1833 met de “analytische machine”. Deze machine zou met invoer vanaf ponskaarten wiskundige bewerkingen kunnen uitvoeren. Deze machine wordt algemeen gezien als het concept van de computer. Eind 19e eeuw construeerde Herman Hollerith telmachines die werkten op basis van invoer met ponskaarten. Aan de telmachines werden sorteermachines verbonden, eenvoudige bewerkingen op bestanden met grote hoeveelheden gegevens werden zo mogelijk gemaakt.

Pas in 1938 werd de eerste computer gebouwd door Konrad Zuse. Ook Zuses machine werkte nog mechanisch, maar Zuse had het zichzelf een stuk eenvoudiger gemaakt door van het binaire stelsel gebruik te maken. Een jaar later bouwde Zuse de eerste elektromechanische computer.

Elektronische computers

De eerste computer in de VS, de ENIAC (Electronic Numerical Integrator And Calculator), die enkele klaslokalen in beslag nam, bevatte 18.000 buizen, 70.000 weerstanden, 10.000 condensatoren, en 6000 verschillende schakelaars. Deze computer gebruikte evenveel energie als een zware locomotief.IBM_PC_5150

Op 7 augustus 1944 wordt op de universiteit van Harvard door IBM-onderzoeker Howard Aiken de eerste programmeerbare rekenmachine, de Harvard Mark I, gepresenteerd.De eerste computer in Nederland was de ARRA I bij het Mathematisch Centrum. De eerste computer in een commerciële omgeving was de door de Britse firma Ferranti gebouwde Miracle, bij het Shell-laboratorium in Amsterdam in 1953.

Miniaturisatie

De computers werden al een stuk kleiner toen in 1947 de transistor werd uitgevonden, Met de enorme ontwikkeling van de elektronica en de halfgeleiders, toegepast in transistoren, kon de computer veel kleiner en sneller worden. helpingFriends

Later werden de transistors geïntegreerd in een geïntegreerde schakeling (integrated circuit, IC). De complexiteit van de chips werd in de jaren 70 verbeterd zodat het mogelijk werd om een complete processor (CPU) op een chip te integreren. Het werd daardoor veel goedkoper om een computer te bouwen. De eerste homecomputers waren toen klein en goedkoop genoeg om door consumenten te kunnen worden aangeschaft, maar van enige standaardisering was niet of nauwelijks sprake. Computers uit de periode 1975-1985 waren o.a. de Apple I, de Apple II, de TRS-80, de Commodore PET

PC

Eind jaren zeventig werkte er bij IBM onder leiding van Don Estridge een groep van 12 technici en ontwerpers onder de naam Entry Systems Division. Ze hadden de opdracht een echte personal computer te ontwikkelen. IBM vond de al bestaande machine, de 5100-serie, daar niet geschikt voor. Het team integreerde de eigenschappen van bestaande ontwerpen op de markt en slaagde er in binnen een jaar met een eigen ontwerp te komen. IBM kocht bijvoorbeeld van het toen volstrekt onbekende en kleine bedrijfje Microsoft een nog te ontwikkelen besturingssysteem voor de personal Computer.Games_PCs_YoyoTech

Op 12 augustus 1981 presenteerde IBM hun personal computer; de 5150 IBM Personal Computer op basis van de 8088 CPU, een 16-bits-microprocessor (extern 8-bit) van Intel en een Industry Standard Architecture (ISA) bus. De eenvoudigste uitvoering bestond destijds uit een toetsenbord en systeemkast, voorzien van 40K Rom en 16K Ram. Diskdrives had de machine niet; programma’s moesten worden opgeslagen op een cassetterecorder. Met een 5¼-inch, 160K floppydrive en 64K Ram. Er moest maar liefst $1565 (destijds 4445 gulden of 80000 BEF) voor worden betaald. De eerste reacties waren overweldigend; tegen het einde van 1982 werd op werkdagen al een computer per seconde verkocht.

Met de ontwikkeling van gebruiksvriendelijker systemen met een grafische gebruikersinterface (GUI) ontstond ook de behoefte aan (veel) krachtiger pc’s. Met de 32-bits-processoren als de Intel 80386, Intel 80486 en de Motorola 68000 werd een en ander mogelijk. Hiervoor kwamen ook nieuwe besturingssystemen als MS-Windows en Linux op de markt.

De ontwikkelingen gaan voort, zakenmensen gebruiken veelal een laptop om met hun computer op stap te gaan. De steeds verdere miniaturisering leidde er toe dat de kleine Personal Digital Assistant (PDA) met steeds meer mogelijkheden in beeld kwam. Ook veel apparaten zoals wasmachines, videorecorders, digitale camera’s en dergelijke bevatten tegenwoordig een computer om allerlei zaken te regelen, deze worden dan meestal een ingebed systeem of – in het Engels – embedded system genoemd.

 

Gemaakt door: Floris Nijhof, Thomas Langbroek en Pieter van Konijnenburg

Plaats een reactie